Een Belg denkt

Met mijn vingers almaar dieper in het vel van mijn wangen geboord, bekijk ik het nieuws. Als ik mijn gezicht eraf kon trekken, zou ik het doen, uit pure horror. Dit gaat helemaal nergens meer over. De masten van Proximus in het Brussels gewest? Het integreren van de OCMW-raad in de gemeenteraad? Op welke manier is dit in vredesnaam nog relevant?

Professor Herman Daems van de KULeuven zei het nog het eerlijkst en het transparantst; de mogelijkheden van de overheid zijn uitgeput. De bureaucratie is zo ver gevorderd, dat ze zichzelf aan het opeten is. Ze zitten verstrikt, er is geen uitweg meer want daar liggen allemaal wetten in de weg, die zij in het verleden zelf hebben doorgevoerd.
De oplossing zal niet meer komen van de overheid zelf, maar politici hebben dat zelf nog niet door. Het is een beetje zoals wanneer je in een bepaalde, ongezonde dynamiek zit binnen je huwelijk. Je man komt elke dag dronken thuis, en je bent dan boos, en je maakt ruzie en dan ga je samen boos slapen en je raakt niet meer uit die gewoonte. Ook al word je boos wanneer hij dronken is, dat wist hij toch al, nog voor hij thuis was. Er is eigenlijk niks wat hem tegenhoudt. Je zit vast. Je zit er midden in, dus je kunt er niet uit.

Dat is de situatie van de ministers. Zij komen elke dag werken, en storten zich in nutteloosheden zoals die masten, de OCMW’s (die in se niet nutteloos zijn, natuurlijk, maar op dit moment toch zeker niet de hoofdzaak zouden moeten zijn) om voor zichzelf (en voor elkaar) de illusie levend te kunnen houden dat ze zinvol bezig zijn. En dat wordt schaamteloos uitgezonden op Villa Politica, en niemand is daardoor nog geboeid, laat staan gechoqueerd. Er wordt daar gekibbeld, net niet gescholden. Er worden elkaar dingen verweten, er is geen ziel in dat halfrond, die met “het gezamenlijke doel” bezig is.

Het gezamenlijke doel zou moeten zijn dat mensen weer vertrouwen dienen te krijgen in de politiek. De ministers zijn zoveel bezig met hun persoonlijke overwinning, dat ze niet eens voelen hoezeer het volk zich van hen deconnecteert.
Het gaat daarbinnen niet meer over onze basisbehoeftes; eten, dak boven het hoofd, comfort op het werk. Een STEM, voor ons. Dat is allang niet meer het onderwerp. Dat is ‘for granted’ genomen, zowel door ons, als door de regering. Alsof dat geen fundament is dat voortdurend en met veel alertheid onderhouden moet worden. Ook wij hebben die fout gemaakt, want wij hebben allemaal gestemd. En wij hebben dwaas gestemd.

De Belg is koppig, maar geen sloef. Hij zwijgt, hij kan heel lang zwijgen en heel lang op zijn tanden bijten. Maar de Belg blijft een revolutionair, we zijn 1830 nog niet vergeten. Onze politiek ook niet. Almaar meer Belgen voelen dit.
2019 wordt een erg bizarre tijd.